De engel die niets predikt

engel

Ze zou niets liever willen. Ze kan eigenlijk niet eens wachten tot het zover is. Ze is ongeduldig, de tijd is aangebroken dat zij wil zeggen hoe het moet gaan vanaf nu. Ze is een engel van barmhartigheid, ze is de wijze, die raad weet, zij moet je de juiste kant op wijzen. Het is tijd, het is nu.

Ze is niet eens liever geworden, of zorgzamer, ze wordt zelfs strenger en soberder. Dat ze zich net een engel noemde, is geen vergissing, ze weet dat ze dat is: eentje die je verzoent met jezelf, een die je laat zien wie je bent, zonder angst, zonder bullshit en zonder kleren. Zij is niet beter dan jij, ze is ook niet slechter, ze is je spiegel, je camera, je social medium, die je helpt te zoeken naar het antwoord. Een goede engel is er een die je de juiste kant op stuurt, jouw eigen weg, al is dat soms niet de weg waar je meteen zin in hebt.

Ze was lang overtuigd van haar domheid, ze dacht dat ze het leven niet begreep, dat ze de wereld een dienst bewees door gewoon haar mond te houden over wat ze zag en voelde. Ze blonk uit in warmhouden en in feelgoodpraatjes. Ze zag veel meer dan aan het oppervlak zichtbaar was, ze hoorde meer dan ze hoorde en ze voelde een wereld aan mogelijkheden of beperkingen onder het verhaal van de ander. Ze dacht dat niemand het wilde horen. Zij had geen academische opleiding, zij had geen gericht carrièrepad, ze had zelfs geen mening, ze kon alleen heel goed door mensen heen kijken. Ze heeft dat lang als een last ervaren: al die mensen om haar heen, met al die verhalen, die ze niet vertelden, maar meedroegen. Zij probeerde ze voor hen te dragen, voor hen te zorgen. En ze werd steeds drukker in het proces, want soms wordt zorg een last en een plicht en dan ga je alleen maar heel veel praten om nog te weten wie je bent.

Gelukkig kan ze schrijven. Dat heeft haar lang geholpen te ordenen en te rusten. Het heeft haar uiteindelijk ook geleerd wie ze is. Door de orde te scheppen in de wirwar van mensen en verhalen. Ze heeft lang gezocht naar antwoorden, ze zocht ze bij anderen, ze zocht ze in de drukte van haar gedachten, maar er was een moment, en ze kan het niet meer precies aanwijzen, dat ze wist dat het antwoord zat in ophouden met zoeken. De afwezigheid van gedachten, de afwezigheid zelfs van woorden of antwoorden, gaven haar precies wat ze zocht: helderheid. Toen ze onder al die lagen vond, zonder te zoeken, wist ze dat ze er klaar voor was. Toen ze ontdekte dat ze niemand was, niemands reflectie, niemands woede, niemands angst, was dat een bevrijding. Ze leerde te kijken door haar eigen verhalen heen en toen ineens wist ze: nu het bij mij stil is, kan ik anderen helpen.

We vertellen de ander steeds ons eigen verhaal, we hebben geen geduld om te luisteren naar de ander, we zoeken ons verhaal in taal, terwijl het daar helemaal niet te vinden is. Het is te vinden in de stilte binnenin, in die kern, die we allemaal hebben, maar die verborgen zit onder de werelden die opeengestapeld liggen, in ideeën over wie of wat we zijn, verhalen, opgestapeld als kussens waar de prinses op de erwt op ligt. Alleen is zij wel verbonden met de pit.

Ze leerde dat ze talenten had en dat ze ze niet langer meer mocht verkwanselen. Geen tijd meer. De wereld heeft meer engelen nodig en als zij dat moest zijn, dan moest dat maar. Ze is zover nu: ze weet dat ze er is om te delen en te geven. Ze wil het uitleggen, ze heeft een missie: we zijn allen niemand en dat is het hoogst haalbare.

Scroll naar boven